Zoals ik al eerder schreef is mediteren niet altijd een plezierige bezigheid. Het kan fijn zijn, maar er kunnen ook moeilijke en pijnlijke gevoelens boven komen drijven. Er zijn perioden geweest dat ik mediteren vooral zag als hard werken en mindful zijn helemaal niet leuk vond. Ik vond het saai en het kostte me veel moeite. ‘I don’t like being mindful,’ zei ik eens tijdens een retraite tegen de monnik die de retraite leidde (de monnik moest hier hard om lachen). In haar documentaire My year of living mindfully zegt Shannon Harvey, die probeert een jaar lang elke dag te mediteren, na een paar maanden: ‘honestly, I’ve been hating it’.

Als het jaar voorbij is beschrijft Harvey hoeveel beter ze zich voelt, tijdens het mediteren maar ook in haar dagelijkse leven. ‘I just feel so much happier,’ zegt ze verbaasd. Zelf mediteer ik nu voor het eerst in mijn leven min of meer elke dag; hiervoor was het allemaal wat rommeliger en had ik ook lange periodes waarin ik niet mediteerde. En ook ik begin nu voorzichtig de positieve effecten te zien. Door het mediteren is mijn brein beter getraind en kan ik mijn aandacht makkelijker op mijn meditatie-object houden (meestal de adem). Daardoor kost het mediteren minder moeite en voelt het vaak fijn en rustig. Ik kijk nu zelfs uit naar mijn meditaties.

Ook in het dagelijkse leven merk ik verschil. Ik vind het nu fijn om gewoon op de bank te zitten, op te merken hoe mijn lichaam voelt, te voelen hoe mijn buik beweegt door mijn ademhaling, te luisteren naar alle geluiden die ik hoor en te kijken naar wat ik allemaal om me heen zie. Als ik door het park loop luister ik niet naar een podcast maar kijk ik naar het contrast tussen het groen van de bladeren en het blauw van de lucht en voel ik hoe de zolen van mijn voeten de grond raken. Vroeger had ik deze bezigheden oersaai gevonden.

Mensen hebben van nature een negativity bias: we zijn meer gericht op negatieve dingen dan op positieve omdat die gevaarlijk kunnen zijn. Een vervelende opmerking van een collega komt hard aan en krijgt al je aandacht, maar als je een goede maaltijd eet of knuffelt met je kind ben je in je hoofd misschien wel bezig met je to-do-lijst. Het is makkelijk om de positieve dingen voor lief te nemen en de negatieve juist te versterken. Door mindful te zijn, besefte ik laatst, kun je dit rechttrekken. Hoe vaker je mindful bent, hoe meer je geniet van alle mooie dingen om je heen en alle fijne gevoelens die je ervaart.

Ik vind het bijzonder dat ik deze effecten nu al voel terwijl ik nog niet zo gevorderd ben en pas een paar maanden bijna dagelijks mediteer. Zelfs een beetje meer mindfulness kan dus al helpen. Misschien ga ik binnenkort wel terug naar die ene monnik om hem eerlijk te kunnen zeggen: ‘I like being mindful’.